Precies 100 jaar geleden verdween de vernietigende Spaanse griep spontaan. Wat met het coronavirus?

Covid-19, het nieuwe coronavirus uit China, beheerst de wereldactualiteit in het begin van het jaar 2020. Precies 100 jaar eerder stierf het laatste slachtoffer van Spaanse griep, nog steeds de dodelijkste epidemie uit de moderne tijd. In 1920 verdween de ziekte spontaan. Hoe kon dat? En zal het zo ook gaan met het coronavirus?

De Spaanse griep hield verwoestend huis tussen 1918 en 1920, bij het einde van de Eerste Wereldoorlog. Ze begon in de Verenigde Staten maar werd vernoemd naar Spanje omdat ze daar het eerst aandacht kreeg in de media. Medisch historicus Robrecht Van Hee (UAntwerpen) bestudeerde deze grieppandemie. "Heel veel cijfers over slachtoffers doen de ronde want er gebeurde geen officiële registratie", vertelt hij in "De wereld vandaag" op Radio 1.

"Historici en wetenschappers blijven het oneens. De cijfers variëren extreem, tussen een derde van de wereldbevolking en enkele tienduizenden. Algemeen wordt aangenomen dat het cijfer van 5 miljoen doden de werkelijke sterfte het best benadert. 5 miljoen is ook de schatting van het aantal gesneuvelde soldaten in de Eerste Wereldoorlog."

"De Spaanse griep is de meest dodelijke pandemie uit de moderne tijd. De pest uit de middeleeuwen staat natuurlijk nog meer in het collectief mensengeheugen. Maar ook daarvoor waren er al verwoestende epidemieën: het pokkenvirus uit de 2e eeuw dat de Romeinen trof of de pestepidemie uit de 6e eeuw."

Spaanse griep verdween spontaan

In 1920 was de Spaanse griep plots uitgewoed. Afhankelijk van de bron zou het laatste slachtoffer in maart of december zijn genoteerd. Robrecht Van Hee: "Vermoedelijk is de epidemie spontaan gestopt. Meestal is dat het geval bij epidemieën. Op een gegeven moment neemt de immuniteit van de niet-dodelijke slachtoffers toe. Als de resistentie van een virus toeneemt, moet er naar een oplossing worden gezocht, een mutatie. Er is mutatie ontstaan maar daardoor is de virulentie (een maat voor de hoeveelheid schade die een micro-organisme in zijn gastheer aanricht.  red.) afgenomen. Het virus van de Spaanse griep is dus spontaan geregresseerd. Vroeg of laat zal het ook zo gaan met het coronavirus."

Trekkende soldaten en een verzwakte bevolking

De snelle verspreiding van het coronavirus in China roept onvermijdelijk herinneringen op aan de Spaanse griep van 100 jaar geleden. "Maar de omstandigheden waren totaal anders dan vandaag", zegt professor Van Hee. "Het H1N1-virus van deze Spaanse griep was een heel virulente stam, en dus heel besmettelijk. Maar toch is het de oorlog die de grote oorzaak is van die epidemie. Soldaten waren de grote verspreiders van het virus. Zij trokken van de ene plaats naar de andere. Tegelijk was  de bevolking verzwakt en de immuunweerstand klein."

Nu heet het probleem "fake news", toen was het "no news"

"Het virus werd te laat herkend en eens het zover was haperde de communicatie. Er was nauwelijks berichtgeving over de epidemie. Met het Covid-19, het nieuwe coronavirus, heet het probleem “fake news”: we weten niet of de cijfers van de Chinezen wel correct zijn. In de tijd van de Spaanse griep heette het probleem “no news”."

"Aanvankelijk kende men niet eens het virus. Het gegeven virus is pas goed ontdekt in de jaren 30 met de ontwikkeling van de elektronenmicroscoop. Pas na de Tweede Wereldoorlog konden verschillende virussen worden onderscheiden, en hun mate van besmettelijkheid."

"Men spreekt op dit ogenblik van een mortaliteit van 2% bij het coronavirus. Wellicht was het bij de Spaanse griep niet anders. Maar 100 jaar geleden had men enkel koortswerende middelen en een zekere vorm van quarantaine. Vandaag gaat niet alleen het nieuws snel de wereld rond, er worden ook meteen maatregelen getroffen." 

Daar is de klimaatopwarming weer

De mens weet epidemieën steeds beter in de kiem te smoren, denk aan de Mexicaanse griep en het SARS-virus. "Maar de klimaatopwarming moet iedereen zorgen baren", besluit Robrecht Van Hee. "Veel infectieziekten ontstaan door overdracht met vectoren, vaak dieren zoals ratten, muggen en vleermuizen. Als die vectoren door de opwarming opschuiven naar het noorden kunnen ze daar tropische ziektes overbrengen. Vooral in subtropische gebieden waar mensen minder immuniteit hebben tegen deze ziekten kunnen ze zwaar toeslaan."

Maar de klimaatopwarming moet iedereen zorgen baren

Meest gelezen