Direct naar artikelinhoud
Vluchtelingen

Ook in Koerdische IS-kampen heerst de angst voor het virus: ‘Vroeg of laat zal de hel uitbreken’

In het Syrische vluchtelingenkamp Al-Hol zitten 70.000 mensen dicht op elkaar. ‘Social distancing is er onmogelijk. Er is geen medische zorg en hygiëne is een illusie.’Beeld AFP

Ook in de Koerdische kampen met gezinnen van IS-strijders in Noord-Syrië leeft angst voor een uitbraak van het coronavirus. De Koerdische leider Salah Jamil (SDF) luidt de alarmbel: ‘Kampen met Belgische kinderen zijn tikkende tijdbommen. Als het coronavirus toeslaat, zal dit leiden tot een ramp.’

Het nieuws is wat naar de achtergrond geschoven, maar de gevangeniskampen met gezinnen van IS-strijders zijn er nog altijd in Noord-Syrië, en de toestand is er nog altijd precair. Daar komt nu de vrees bovenop dat de gezondheidsrisico’s in de kampen een ideale voedingsbodem zijn voor de verspreiding van het coronavirus met als gevolg dat de Belgische vrouwen vluchtpogingen zullen ondernemen

“De Belgische kinderen in de kampen moeten daar zo snel mogelijk weg”, benadrukt Heidi De Pauw van Child Focus. “We blijven natuurlijk in de moeilijke situatie dat de Belgische overheid de mama’s niet mee wil repatriëren, maar ons standpunt blijft duidelijk: de veiligheid en de gezondheid van de kinderen primeert. Als het coronavirus de kampen bereikt, is een humanitaire ramp onafwendbaar. De kinderen dreigen de tol te betalen.”

Volgens Heidi De Pauw gaat het om een 40-tal kinderen in Syrië en de twee jonge kinderen van de twee Antwerpse IS-vrouwen Bouchra Abouallal en Tatiana Wielandt die in Turkije zitten. Hun vier andere kinderen zijn ondertussen terug in ons land. “De twee vrouwen en hun twee kinderen zitten momenteel in een soort kamp in Turkije en door de coronacrisis kunnen ze daar niet weg. Ze werden op 11 maart vrijgesproken in Turkije, maar kunnen niet terug naar België.”

Scheiding van moeders en kinderen 

Tot op heden is er hierover geen eensgezindheid onder de IS-vrouwen. De moeders eisen voorlopig nog steeds dat ze mee gerepatrieerd zouden worden. Dat kon Philippe Vansteenkiste, voorzitter van de slachtoffervereniging V-Europe, aan den lijve ondervinden tijdens een recent bezoek aan de kampen. “Ik sprak met verscheidene moeders in het bijzijn van hun kinderen. Het was meteen duidelijk dat ze niet van hun kinderen gescheiden willen worden.”

Ook verschillende hulpverleners en psychologen zijn gekant tegen de scheiding van de moeders en de kinderen en wijzen erop dat dit zeer traumatisch kan zijn voor een kind. Heidi De Pauw heeft begrip voor dit standpunt, maar roept de moeders op om hun verantwoordelijkheid te nemen. “Ik denk dat de mama’s nu echt eens goed moeten nadenken en moeten overwegen om de kinderen alleen te laten terugkeren. Nadien kan aan de repatriëring van de volwassenen verder gewerkt worden.”

De vraag is maar of de Koerden dat zien zitten. De Koerdische SDF-leider Salah Jamil laat weten dat ze alles in het werk stellen om iedereen veilig te houden. “We doen er alles aan om te verhinderen dat het coronavirus de kampen waar deze vrouwen en hun kinderen zitten bereikt, maar onze middelen zijn natuurlijk beperkt. Er is een gebrek aan ademhalingstoestellen en laboratoria. Als de hel losbarst, kunnen we dit alleen niet aan.”

Maar hoe ernstig is de situatie werkelijk? De Morgen slaagt erin om enkele vrouwen in de kampen te spreken. Zij laten weten dat ze bang zijn en dat ze vrezen voor een uitbraak. “Dagelijks zien we mensen komen en gaan. We vrezen dat de hel hier vroeg of laat zal uitbreken.”

Situatie onhoudbaar

De Koerdische journalist Arin Sheikhmos benadrukt vanuit Syrië dat de Autonome Administratie van Noordoost-Syrië nog steeds niet in staat is om voldoende testen uit te voeren op het coronavirus. “De Koerden hebben de Wereldgezondheidsorganisatie herhaaldelijk opgeroepen om ondersteuning te bieden aan deze regio, maar tevergeefs. De situatie is onhoudbaar, vooral omwille van de afsnijding van de watertoevoer en de aanhoudende Turkse bombardementen.”

Toch benadrukt de Koerdische leider Jamil dat de Koerden er alles in het werk stellen om een corona-uitbraak te voorkomen. “Er werd een lockdown afgekondigd en een avondklok ingesteld. We hebben onder andere de overgangen met het grondgebied dat gecontroleerd wordt door het Syrische regime afgesloten, want daar heerst chaos en zijn Iraanse milities actief (Iran behoort tot de landen die het meest getroffen zijn, red.), maar we vrezen ervoor dat het zal lopen zoals in andere landen. Zodra er iemand besmet geraakt in het kamp, zal de epidemie zich snel verspreiden en zullen we op een ramp afstevenen.”

De Koerdische autonome administratie telt niet veel intensievezorgbedden en de middelen zijn beperkt. Heidi De Pauw maakt zich grote zorgen over de paraatheid van de lokale autoriteiten. “Social distancing is daar onmogelijk. Er is geen medische zorg en hygiëne is een illusie. Voedselproducten en drinkwater worden alsmaar schaarser. Ook de prijzen gaan de hoogte in.” Ook Salah Jamil wijst op een gebrek aan drinkbaar water als gevolg van het conflict met Turkije.

Water afgesneden

“De Turken sneden het water af en viseren de waterpijpleidingen die 600.000 mensen voorzien van drinkbaar water. Dagelijks vinden er nog beschietingen plaats op burgers. Steden als Hasakah en Tall Tamr hebben drieduizend jonge mensen verloren in de strijd tegen IS; vandaag wordt het water naar die steden afgesneden door de Turken. Coronacrisis of niet, het maakt (Turks president) Erdogan niets uit. En de internationale gemeenschap laat begaan. In het kamp Al-Hol zitten 70.000 mensen. Het is een tikkende tijdbom. Het wordt tijd dat de Europese landen de verantwoordelijkheid nemen voor hun onderdanen in die kampen. We zijn bereid om alle opties te bestuderen.” 

Bronnen bij de Belgische veiligheidsdiensten bevestigen ons dat de situatie in de kampen effectief precair en gevaarlijk is.