Direct naar artikelinhoud
AchtergrondGezondheid

2021, een veel minder dodelijk jaar dan rampjaar 2020: dit zijn de cijfers voor uw regio

2021, een veel minder dodelijk jaar dan rampjaar 2020: dit zijn de cijfers voor uw regio
Beeld DM

In 2021 vielen er in België veel minder doden dan in het absolute recordjaar 2020. Gemiddeld overleden er vorig jaar zelfs lange tijd relatief weinig mensen, maar in december werd er toch opnieuw een lichte oversterfte opgetekend door de vierde coronagolf. Bekijk op de kaart de sterftecijfers voor uw regio.


2021 leek lang een ‘normaal’ jaar in de sterftecijfers te gaan worden, na het absolute rampjaar 2020. Met 112.298 overlijdens ligt het sterftecijfer slechts 2,4 procent boven het gemiddelde van een kleine 110.000 tussen de jaren 2017 en 2019, zo blijkt uit de jaargegevens die het nationale statistiekbureau StatBel vanmiddag online plaatste. 8.530 van de overlijdens vorig jaar zijn gelinkt aan covid-19. De overlijdens in 2021 piekten op 3 december met 427 doden in een dag tijd.

Ter vergelijking: in 2020 stierven nog bijna 127.000 inwoners, ongeveer 18 procent meer dan het gemiddelde van de drie jaar ervoor. 19.800 onder hen waren coronadoden. De dodelijkste dag van 2020 was 10 april, met 675 overlijdens.

“2021 begon met iets lagere sterftecijfers dan verwacht”, zegt VUB-demograaf Patrick Deboosere. Hij ziet vier verschillende tendensen doorheen het jaar. “In het voorjaar – in februari en maart – overleden er opvallend weinig mensen. Normaal zijn de koude maanden aan het begin van het jaar die met de hoogste sterfte, nu niet. We kwamen toen net uit de zware tweede coronagolf, met een reeks maatregelen die toen ook hun effect hadden op de sterftekans in het algemeen. Mensen waren voorzichtiger, hielden afstand, droegen mondmaskers. Dat maakte dat er minder griep en minder verkoudheden waren. Tegelijkertijd begonnen de vaccins hun werk te doen bij de oudsten.”

Wat is oversterfte?

“Van oversterfte is sprake wanneer het aantal doden in een bepaalde periode significant hoger ligt dan de verwachting”, zegt Deboosere. De verwachting van wat ‘normaal’ is, is natuurlijk relatief. Het sterfterisico is de laatste 25 jaar bijvoorbeeld fors gedaald door betere medische zorg, wat de te verwachten sterfte beïnvloedt. Meestal vergelijken we de sterfte van een bepaald jaar met de drie jaren daarvoor.”

Op een gemiddelde dag sterven in België 300 mensen, wat er een kleine 110.000 in een jaar zijn. 

Mogelijk speelde ook het ‘oogsteffect’ in het voorjaar een rol, zegt Deboosere, al valt de precieze impact daarvan moeilijk vast te stellen. Bij de najaarsgolf van 2020 overleden ook heel wat mensen die sowieso zouden zijn gestorven, ook zonder corona, zij het misschien enkele weken later. Aangezien iemand maar één keer kan overlijden, komt het vaker voor dat een periode van oversterfte gevolgd wordt door net minder overlijdens.

Geen hittegolf

Vanaf april tot einde mei ging het sterftecijfer weer licht de hoogte in, tijdens de derde coronagolf. “Op dat moment zien we de vaccins echt hun werk doen”, zegt Deboosere. "De sterfte neemt toe, maar in de verste verte niet meer zoals een jaar eerder tijdens de eerste of de tweede golf. Tijdens de zomer bleven we daarna op een gemiddeld niveau zitten, met nauwelijks nog covid-doden per dag. Bovendien hadden we ook geen hittegolf meer zoals het jaar daarvoor, die toen voor een korte, hevige piek in het sterftecijfer zorgde.” 

Pas vanaf begin oktober is er opnieuw een significante stijging in de sterftecijfers te zien, veroorzaakt door de zware vierde coronagolf, toen nog met de meer ziekmakende deltavariant. Rond die periode tekende België ook opnieuw een statistisch significante oversterfte op, volgens Deboosere van ongeveer 12 procent. 

De gemiddelde levensverwachting daalde door het hoge aantal overlijdens in 2020 nog met bijna een jaar, en die daling is ook vorig jaar nog niet volledig goedgemaakt, zegt Deboosere. Het uiteindelijke cijfer volgt pas later dit jaar.

Diksmuide en Maaseik

Waar in 2020 nog in élke Belgische regio meer mensen stierven dan zonder corona te verwachten was, was dat in 2021 lang niet meer overal het geval. Verschillende regio’s zaten opnieuw op of zelfs onder het gemiddelde, en dan vooral in de stedelijke arrondissementen als Brussel, Gent, Antwerpen en Luik. 

In Vlaanderen telden twee regio's nog de grootste oversterfte: in het West-Vlaamse Diksmuide vielen 640 doden, 15 procent meer dan gemiddeld, en Maaseik telde 2.250 doden of 13 procent meer. Mogelijk speelt de gemiddelde leeftijd er een rol, waardoor er relatief gezien iets meer mensen overleden, al kunnen lokale uitbraken of toevallig factoren ook een rol gepeeld hebben. “Diksmuide heeft ook een relatief kleine bevolking waarin enkele overlijdens meer al snel hogere percentages opleveren.”

De stedelijke regio's hebben omgekeerd een jongere bevolking, met een lagere sterftekans door covid. “Daar kan de jongere bevolkingsstructuur inderdaad een rol spelen”, zegt Deboosere nog. “Daarnaast zijn er misschien ook nog andere verklaringen, zoals de mondmaskerplicht die vaker en langer van toepassing is geweest in een aantal grootsteden.”

Per leeftijd

De oversterfte was in 2020 weinig verrassend het hoogst bij de oudste leeftijdsgroepen. Bij de 85-plussers overleden 21 procent meer mensen dan in het driejarig gemiddelde van daarvoor, bij de 65- tot 74-jarigen en de 75- tot 84-jarigen ongeveer 15 procent.

In 2021 bleven die cijfers veel lager. Er overleden 46.000 85-plussers, ongeveer evenveel als vóór corona. Ook de 75- tot 84-jarigen lagen in 2021 opnieuw op het precoronaniveau. Enkel de 65- tot 74-jarigen telden nog significant meer overlijdens dan voor het covid-tijdperk. Volgens Deboosere speelt hier mogelijk wel mee dat die groep, de generatie babyboomers, elk jaar wat groter wordt, met dus ook een hogere sterfte.

Bij de twintigers tot vijftigers was er in 2020 al geen significante oversterfte, maar het opvallendste lijkt de sterfte bij de jongsten: er overleden toen slechts 887 nul- tot 24-jarigen, tegenover meer dan 1.000 per jaar tussen 2017 en 2019. Dat is een verschil van 12 procent. Voor 2021 is de daling zelfs nog groter, tot 761 sterfgevallen, of 24 procent minder. “De cijfers voor 2021 zijn wel nog niet compleet”, waarschuwt Deboosere. “Zeker bij kinderen die voor de leeftijd van 1 jaar overlidjen, duurt het een tijd vooraleer die cijfers volledig doorstromen. Maar het is wel duidelijk dat de lagere sterfte onder de 25 jaar zowel in 2020 als in 2021 volledig toe te schrijven is aan de lagere sterftecijfers voor die nuljarigen. Een van de hypotheses is dat ook de moeders en zuigelingen hebben geprofiteerd van de coronamaatregelen, met minder sterfte tot gevolg.”