Direct naar artikelinhoud
AchtergrondNatuur

Half februari, maar de bloemen bloeien alweer volop. En dat is slecht nieuws voor wie hooikoorts heeft

Half februari, maar de bloemen bloeien alweer volop. En dat is slecht nieuws voor wie hooikoorts heeft
Beeld thinkstock

Het is pas halverwege februari, maar de natuur staat al volop in de voorjaarsstand. Alweer, want ga je af op de bloemen in de berm, dan valt de lente tegenwoordig weken eerder dan vijftig jaar geleden gebruikelijk was.

Sneeuwklokjes en krokussen staan volop in bloei. En zelfs het gewoon speenkruid en de gele kornoelje komen op sommige plaatsen al op, aldus Arnold van Vliet, bioloog aan de Wageningen Universiteit en coördinator van het Nederlandse waarnemingsnetwerk de Natuurkalender. Daarmee ligt de natuur ongeveer drie weken voor op schema.

Alhoewel, voorlopen: dat hangt af van het schema dat je aanhoudt. De Natuurkalender neemt de situatie van rond de jaren vijftig als referentiepunt. Sindsdien is het klimaat opgewarmd, waardoor het voorjaar in de natuur tegenwoordig gemiddeld veel eerder begint dan toen. ‘Maar ik wil er voor waken dat we dit normaal gaan vinden’, aldus de bioloog.

Volgens specialisten begint de lente op vrijwel het hele noordelijk halfrond een paar weken eerder dan een eeuw geleden. Dat heeft een duidelijke weerslag op de start van de bloeiperiodes in Europa, bleek begin deze maand nog uit nieuw Brits onderzoek, gepubliceerd in vakblad Proceedings of the Royal Society B.

De onderzoekers analyseerden observaties van bloeiperiodes tussen 1753 en 2019 in het Verenigd Koninkrijk. Een van de conclusies: sinds 1952 begonnen planten elk decennium gemiddeld ruim vijf dagen eerder met bloeien.

Indrukwekkend

Een indrukwekkend onderzoek, vindt Van Vliet: ‘Die Engelsen hebben het goed voor elkaar: ze hebben een van de grootste datasets ter wereld op dit gebied, en dit is een van de langstlopende waarnemingsprogramma’s in zijn soort.’

Een gevolg van het vroegere voorjaar is dat planten eerder pollen verspreiden. Het pollenseizoen duurt dan ook steeds langer. Slecht nieuws voor wie hooikoorts heeft.

Maar ook voor planten en dieren zijn er risico’s. Allereerst omdat het nog altijd plots koud kan worden − vorig jaar rond deze tijd kon er in Nederland ineens volop worden geschaatst. Als bijvoorbeeld sapstromen in bomen weer op gang zijn gekomen door het warme weer en het gaat vriezen, kan het hout bevriezen, legt Van Vliet uit. Dat kan voor meerdere jaren schade opleveren.

Tijgermug

Sommige soorten gedijen juist beter bij een zachte winter en een vroeg voorjaar, zegt hij. Denk aan ijsvogels, die niet kunnen vissen als er ijs ligt, of de vuurlibel. Maar ook aan de minder gewenste exoten, zoals plaagmieren en de Aziatische tijgermug. ‘Maar uiteindelijk doet klimaatverandering de natuur geen goed.’

Zones met de optimale temperatuur voor planten en dieren verschuiven naar het noorden. Maar volgens Van Vliet blijkt uit waarnemingen dat een groot aantal soorten, van planten tot vogels tot vlinders, veel te traag meebeweegt. In het ernstigste geval kunnen deze verdwijnen, waarbij factoren als pesticidengebruik en stikstofafzetting vaak ook een rol spelen.

Je zou haast somber worden van het mooie weer. Van Vliet: ‘Het is ook gewoon het begin van het voorjaar, hè. We kunnen nu al uitkijken naar het eerste klein hoefblad en bosanemoontje in bloei. Dat is toch vooral iets om van te genieten.’