"Invloed van ouders op studiekeuze jongste 10 à 15 jaar groter"

Ouders gaan naar eigen zeggen mee om zelf info te vergaren, om hun kinderen te begeleiden in hun studiekeuze, om als klankbord te fungeren of om te bekijken of ze denken dat de keuze haalbaar is voor hun kinderen. 

"Het is inderdaad een evolutie van de jongste 10 à 15 jaar", beaamt pedagoog Pedro De Bruyckere in "Hautekiet" op Radio 1. "Er is een onderzoek van de KU Leuven uit 2012 en er is Nederlands onderzoek. De invloed van de ouders op de studiekeuze is groter geworden. Universiteiten en hogescholen hebben daar ook op ingespeeld. Er zijn meer infomomenten voor ouders gekomen." 

De Bruyckere ziet een mogelijke verklaring in het feit dat het hoger onderwijs complexer geworden is. "Er is nu een puntensysteem waardoor je niet meer zomaar vrij kan proberen tot in het oneindige. Er zijn veel meer mogelijkheden, maar het zo snel mogelijk een goede keuze maken, is belangrijker geworden. Eén verkeerde keuze is geen probleem, maar maak je twee keer de verkeerde keuze, dan wordt het nog heel moeilijk om verder te studeren. Je mag minder falen vandaag." 

Daar komt bij dat het aanbod van opleidingen uitgebreid is en dat jongeren hierdoor misschien ook onzekerder geworden zijn. "Ouders zijn de eersten die je iets bijbrengen. Het is dan ook niet onlogisch dat ze als klankbord gebruikt worden bij een studiekeuze", vindt De Bruyckere.

Philip Dutré, professor Computerwetenschappen aan de KU Leuven, merkt dat de ouders veel zichtbaarder zijn in het hele studeertraject van hun kinderen. "We zien een tendens dat ouders hun kinderen meer vergezellen naar infodagen, maar ze bellen ons ook met vragen over de examens en dergelijke. Dat is een van die symptomen waaraan we merken dat de bemoeienis van ouders toch stijgt." 

Ook Dutré ziet een mogelijke verklaring in het grote aanbod. "Ik begrijp dat 18-jarigen door het bos de bomen niet meer zien. Ik hoorde van iemand dat ze een meter infofolders heeft liggen. Dan begrijp ik heel goed dat ze door die jungle hun weg niet meer vinden en ook aan hun ouders advies vragen. Vroeger was je bijvoorbeeld goed in wiskunde en dan moest je ingenieur worden. Nu krijgen jonge mensen als advies: volg je passie, maar daar ben je weinig mee, wat is je passie dan? De stress van het kiezen, wordt volledig in handen van jonge mensen gelegd."