Snorkelen tussen tropische vissen en een wielermuseum in een kerk: 10 verrassende tips in Vlaanderen en Brussel voor paasvakantie

In het hartje van Brugge ligt Café Vlissinghe. Het is het oudste café van ons land en bestaat sinds 1515. De huidige uitbater is Bruno Chinitor. Hij houdt het café met veel passie open. Bij mooi weer kan je op het terras krulbollen.

“Er komt al jaren bekend volk over de vloer. Schilder Peter Paul Rubens kwam hier ooit en had na een tijdje door dat hij geen geld bijhad. Hij schilderde een muntstuk op tafel. Het zag er zo echt uit. Rubens is stilletjes weggeglipt en ’s avonds had men pas door dat er niet betaald was.” 

In Cultuurhuis De Keizer vind je de oudste dorpscinema van België. Hij werd gebouwd in 1924. Je vindt er nog steeds alle authentieke elementen zoals de stoelen, lusters en het filmgordijn. Op vrijdag, zaterdag en zondag kan je er terecht om een film te kijken en iets te drinken in Bar Agnes. 

De vroegere eigenares was Agnes. Het was moeilijk opboksen tegen de grote cinemazalen, maar ze hield stand tot haar 85 jaar. Zeven mensen uit Lichtervelde hebben toen de portefeuilles samengelegd om de cinema over te kopen. Door corona was het financieel niet meer haalbaar en nu is het in handen van een VZW. 

In B-Mine in Beringen kan je duiken of snorkelen tussen meer dan tienduizend subtropische vissen. Het is een uniek en geliefd oord bij duikers over heel Europa. Al kan je ook zonder ervaring bij organisatie Todi terecht. 

In het aquarium zitten 39 verschillende soorten vissen, van vegetarische piranha’s tot kogelvissen. Je duikt tussen de laatste drie autowrakken die van de band gerold zijn bij Ford Genk, oude mijnsporen en een onderwaterbar. 

In Kanne bij Riemst ligt een enorm grottencomplex van 60 voetbalvelden groot. De grotten werden in de vijftiende eeuw met de hand uitgegraven. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de plek gebruikt door de Duitsers om bommen te maken. Het is de moeite waard om je er te laten rondgidsen. 

Bakker Ronald Smets laat er zijn rijstpap rijpen. "We maken er Limburgse vlaai van", vertelt bakker Ronald. “Mijn vader ontdekte per toeval hoe smaakvol dat is. Hij had te weinig koeling in zijn bakkerij en zette de pap in de grot. De pap wordt smeuïger als hij langzaam afkoelt in het constante klimaat van de grotten."

In de kerk van Klein-Sinaai in Stekene koestert diaken Jacques Vandaele al jaren een bijzonder wielermuseum. "Het hangt hier vol gesigneerde truitjes en fietsen van de grootste renners. Voor mij gaat het niet om de truitjes zelf, maar over het verhaal achter elk object." 

Vandaele is zelf enorm gehecht aan het truitje van Tom Simpson. "Hij stierf op de flanken van de Mont Ventoux tijdens de Ronde van Frankrijk in 1967. We hebben zijn truitje gekregen van zijn dochter, die zelf met een vriendinnengroepje de Mont Ventoux heeft beklommen." 

Wie wil, kan zijn fiets hier laten zegenen. Dat gebeurt traditioneel het eerste weekend van maart, wanneer het wielerseizoen begint. Al kan het ook op aanvraag. 

In het Meetjesland kan je wandelen langs de dodendraad. Die werd tijdens de Eerste Wereldoorlog geplaatst door de Duitsers. Ze wilden zo vermijden dat er mensen naar het buitenland ontsnapten. Op de draad stond 1.000 volt. 

In die tijd was elektrische stroom nog nieuw en vrij onbekend. Veel mensen stierven daardoor ‘per ongeluk’ omdat ze de draad aanraakten of ertegenaan liepen. Het dorp Boekhoute bij Assenede is één van de plekken waar je de dodendraad, een wachthuisje en vele verhalen kan ontdekken. 

Het huis van Magritte is een bekende trekpleister bij buitenlandse toeristen, maar vrij onbekend onder de Belgen. René woonde er samen met zijn vrouw Georgette van 1930 tot 1954 en heeft er een groot deel van zijn kunstwerken geschilderd. Er hangen nog steeds onbekende parels in het huis en je kan er een nog bewaarde verfborstel zien. 

Magritte hield van een sober leven en dat zie je ook aan de meubels in het pand. Let zeker op het bed, dat staat enorm laag bij de grond. In zijn studententijd sliep hij op de grond, maar dat zag zijn vrouw niet zitten. Ze hebben het op die manier op een akkoordje gegooid.  

In 1800 stond Wezemaal bekend als hét wijndorp. Je vond er 32 hectare aan wijngaarden die 32.000 liters wijn per jaar opbrachten. "Zelfs de Koning der Nederlanden kwam hier de Hagelandse wijnen proeven", vertelt Eduard Monsecour, voorzitter van vereniging Steenen Muur. De organisatie bestaat al 25 jaar en organiseert de Wijnfeesten in Rotselaar.

De wijngaard is even verdwenen, maar is nu volop in heropbouw. “We produceren nu ongeveer 3.000 liter wijn uit zeven soorten druiven. De wijn wordt niet verkocht, maar wordt enkel gebruikt voor proeverijen in het bezoekerscentrum voor Hagelandse wijn.

De organisatie draait volledig op vrijwilligers, naar wie ze steeds op zoek zijn. “Het is zoals werken in het zuiden van Frankrijk. Bovendien worden onze vrijwilligers uitbetaald in wijn. Hoe meer je werkt in de wijngaard, hoe meer liter je krijgt.”

De Ruien zijn een groot stuk van de geschiedenis van Antwerpen. Het zijn de oude burchtgrachten, de stadsgrenzen van Antwerpen. Op een bepaald moment werden de Ruien overwelfd waardoor veel mensen de Ruien kennen als de oude riool van Antwerpen.

Sinds een paar jaar zijn de Ruien opengesteld voor het publiek. Je kan een wandeling maken onder de grond, met gepaste uitrusting. Want het is er nat! De tocht is anderhalve kilometer lang. "Hier en daar kan je een klein diertje tegenkomen met een lange staart, maar de beestjes doen niks", vertelt gids Frie Peeters. "En voor alle duidelijkheid: het zijn de oude riolen, er stroomt geen afvalwater meer door." 

Bij Pacific Supschool in Mechelen kan je suppen op de Binnendijle. Suppen is een watersport waarbij je op een SUP board staat en jezelf voortbeweegt door middel van een lange peddel. De Binnendijle is het stuk van de rivier de Dijle dat door de binnenstad stroomt.

Suppen wordt door sommige mensen als een moeilijke sport gezien. Maar dat klopt niet volgens instructeur Nory Es-Sadiki. "Het is vooral belangrijk om achteraan je SUP board te staan en je peddel goed recht te houden." Je mag ook je hond meenemen. Want de supschool biedt ook suppen aan voor honden.