Verlinden over politie-interventie: "Geen enkele reden om te twijfelen aan inschatting”

Volgens SudInfo observeerden twee agenten maandagavond de toen nog vermoedelijke dader van de dodelijke schietpartij van enkele uren eerder in Schaarbeek. De nieuwssite stelt dat ze echter niet mochten ingrijpen, omdat ze slechts met zijn tweeën waren en het niet zeker was dat het om de gezochte Tunesiër Abdesalem Lassoued ging. De dader wist toen uit het zicht te ontsnappen, tot hij dinsdagochtend in een café in Schaarbeek werd uitgeschakeld.

Minister Verlinden ging woensdag in de Kamer kort in op het bericht. Ze benadrukte dat het ging om een operationele interventie met operationele aansturing, en dat de politiek niet beslist of de politie al dan niet mag ingrijpen. Volgens haar “kan het een overweging zijn” dat twee zwaar uitgeruste politiemensen niet zo mobiel waren en moeilijk onopgemerkt een doelwit konden volgen. De man verplaatste zich bovendien op een scooter, en was dus veel mobieler, gaf ze aan. Tot slot moet je voorzichtig zijn als je iemand staande wil houden, zei Verlinden. “Dat wordt heel goed voorbereid en de omgeving afgezet zodat de veiligheid van de politie kan worden geagarandeerd.”

De minister benadrukte nog dat hetzelfde korps er dinsdagochtend in slaagde om de dader op café aan te treffen. “Er is geen enkele reden om te twijfelen aan hun juiste inschatting.” Het federaal parket geeft geen commentaar op de berichten.

Uit een chronologie die staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor meegaf aan de Kamer bleek dat Politie en veiligheidsdiensten de voorbije jaren meermaals te maken kregen met de dader van de terreuraanslag. Het gaat onder meer over een vergadering van een Local Task Force, een overlegplatform om informatie uit te wisselen en radicaliserende individuen lokaal op te volgen. De inlichtingen- en veiligheidsdiensten hadden echter geen “pertinente informatie” over de man.

Volgens zowel Van Quickenborne als Verlinden (CD&V) was de man niet gekend voor gewelddadig extremisme, liep hij geen veroordelingen op in ons land, had hij geen strafblad en stond hij niet op de lijst met geradicaliseerde individuen van het OCAD.

Uit de door staatssecretaris Nicole de Moor gegeven chronologie blijkt dat de dader eind oktober 2019 een verzoek om internationale bescherming laat registreren bij de DVZ. In oktober 2020 zet het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en Staatlozen zijn verzoek stop omdat hij niet komt opdagen voor een gesprek. Hij gaat niet in beroep en krijgt in maart 2021 het bevel om het land te verlaten via een aangetekende brief, die hij niet komt ophalen. Hij wordt intussen ook geschrapt uit het wachtregister van de DVZ omdat hij zich nooit inschreef in de gemeente, een automatische procedure.

In mei vorig jaar krijgt de DVZ dan een vraag van de politiezone Brussel Noord in het kader van een mogelijke radicalisering van de man. De politie vroeg een samenvatting van de historiek van het dossier, die de DVZ de dag zelf nog bezorgde. Naar aanleiding van die vraagt verzoekt de Dienst Vreemdelingenzaken zelf informatie bij de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, met name het OCAD, de militaire inlichtingendienst ADIV, Staatsveiligheid en de centrale directie van de bestrijding van de zware en georganiseerde criminaliteit DJSOC. Maar die hadden “geen of geen pertinente informatie over de betrokkene”, aldus De Moor.

In juni 2022 wordt de Tunesiër besproken op een Local Task Force in Brussel, een vergadering met het parket, de staatsveiligheid, de politie, de veiligheidsdiensten en in dit geval ook de DVZ. Daar wordt geen nieuwe pertinente informatie bekendgemaakt, waarna het orgaan zijn dossier niet meer bespreekt.

In juli 2023 volgt nog een melding van feiten in een opvangcentrum in de Kempen waarvoor de politie in augustus een proces-verbaal opstelt. Lassoued zou een bewoner van het asielcentrum in Arendonk bedreigd hebben.

“Er is een probleem van onwettig verblijf”, concludeert de staatssecretaris uit dat relaas. Ze benadrukt dat de regering werk wil maken van een sluitender terugkeerbeleid, met een wetsontwerp dat klaarligt in de Kamer, maar ook samen met andere Europese lidstaten die collectief hun gewicht in de schaal kunnen leggen in onderhandelingen met Noord-Afrikaanse landen die hun uitgewezen onderdanen niet terug willen nemen.

Maar voor N-VA-Kamerlid Theo Francken is het feit dat het dossier van Lassoued werd besproken op een Local Task Force het bewijs dat de man wel degelijk op de radar van de veiligheidsdiensten stond, en is het onbegrijpelijk dat er verder niets mee gebeurde.

Bekijk ook: “De Moor zal waarschijnlijk geen ontslag moeten nemen”

Lees ook: Welke gevolgen heeft de terreuraanslag in Brussel in de Wetstraat? 5 vragen aan politicoloog Carl Devos (+)