Direct naar artikelinhoud

Cruciale dagen voor Adrie Koster

Koster heeft geen tijd meer te verliezen: ‘Ik zou in deze periode kunnen kiezen voor meer defensief voetbal, maar ik wil trouw blijven aan mijn filosofie: aanvallen!’

Adrie Koster werd dinsdagmiddag uitgenodigd voor een gesprek met voorzitter Pol Jonckheere en sportief manager Luc Devroe. Dat is in donkere tijden nooit het soort invitatie waar een trainer graag heen gaat. Koster is een intelligent mens, hij kent zijn belangen: vanavond tegen Zagreb en zondag op Anderlecht meer van hetzelfde grijze en amechtige voetbal uit de afgelopen weken, en het wordt moeilijk voor Jonckheere om de minzame Nederlander te handhaven.

Het gesprek was naar verluidt constructief, maar het Brugse bestuur herhaalde wel de dwingende opdracht om niet te falen in de komende twee wedstrijden. Een nederlaag of een gelijkspel tegen Zagreb maakt overwinteren in Europa zo goed als onmogelijk, verlies in het Astridpark zou de kloof met Anderlecht doen oplopen tot 10 punten. De evaluatie die Pol Jonckheere plant voor na het weekend, kunnen wij in dat geval zelf ook maken.

Aanvallen

Koster, die even openhartig en goedlachs blijft, kan vanavond nog steeds niet rekenen op Stijn Stijnen - altijd wel het eerste vangnet van een trainer van Club Brugge - noch op de geschorste Vargas, de enige bij blauw-zwart die scoort en laat scoren. In laatste instantie haakte ook de aan het bovenbeen geblesseerde Vadis Odjidja af. Wat overblijft, is een spits die niet scoort (Kouemaha), een talentvolle maar nukkige Perisic, een defensie op lemen voeten (vooral op links), en een veertigjarige doelman. Koster is niet te benijden. Hij moet tegen Zagreb een gevecht aangaan op leven en dood. Zonder wapens.

Als Koster buigt, zal dat gebeuren met zijn principes, die hij anderhalf jaar lang nooit verloochende. De Nederlander werd gehaald om Club Brugge weg te halen uit het klinische voetbal van al zijn voorgangers. En dat is vaak gelukt, weliswaar steeds minder in de voorbije maanden. Deze trainer kan elke morgen recht in de spiegel kijken. Ook tegen Dinamo Zagreb wil Koster steunen op de Hollandse fundamenten die hij reeds beloofde op zijn presentatie in de zomer van 2009: balbezit, driehoekjes, voetbal over de vleugels. Koster: “Ik zou kunnen kiezen voor een defensieve aanpak, maar ik tracht altijd trouw te blijven aan mijn filosofie. Wie verdedigt, zal minder kansen afdwingen en dus moeilijker en minder scoren. Een ploeg die aanvalt, maakt de kans op winst groter. Er is mij voor het seizoen door het bestuur gevraagd om net als vorig seizoen Europees te overwinteren. Om ons te kwalificeren, is een zege tegen Zagreb absoluut nodig. Dan is er straks maar één weg: er vol voor gaan.”

Hij behoudt alvast het vertrouwen in de kwakkelende Junior Diaz en de wisselvallige Ryan Donk: “Zij komen allebei aan de aftrap.”

Geluidsmuur

Adrie Koster heeft nooit mogen klagen over de interne steun van zijn voorzitter. Toch zal niemand Jonckheere met de vinger wijzen als die zondagavond, indien de resultaten tegen Zagreb en Anderlecht tegenvallen, een streep trekt door de trainer. De sportieve balans van Koster oogt niet fraai: nauwelijks 50 procent op het rapport. Voeg daarbij een verdeelde kleedkamer, en je hebt redenen om te twijfelen aan de Nederlander.

En toch. Optimisme is een mooie deugd. En voetbal een raar beestje. Club Brugge kan zich optrekken aan het scenario dat Anderlecht vorig seizoen uittekende. Eerst geen vertrouwen en geen champagnevoetbal tot diep in de herfst. Tot plots die ene Europese wedstrijd op Ajax de hemel deed opklaren. Paars-wit keek nooit meer om en haast elke week kreeg Ariël Jacobs daarna het maximum uit de kwaliteiten in de groep. Doet Club Anderlecht na? Hand in hand vanavond: Koster met de juiste tactische afstelling, de spelersgroep die alle frustraties van zich afgooit en nederig de handschoen opneemt, en Blue Army dat zich als een geluidsmuur achter de ploeg plooit.

Pol Jonckheere noemde Koster in Het Laatste Nieuws “een surplus voor het Belgische voetbal”. Dat zal nooit iemand ontkennen. Maar het swingende voetbal zien we nog slechts in kruimels. Het is vijf voor twaalf voor Adrie Koster: “Elke trainer leeft nu eenmaal van de resultaten. Maar ik ga, denk ik, goed om met de druk. I keep my line: ik tracht niks doms of geks te doen, en ik wil zo weinig mogelijk veranderen aan wie ik ben en wat ik doe.” (sk)