Direct naar artikelinhoud

Bureau van opperrechter zoekt nieuwe eigenaar

Een half miljoen moest een koper op tafel leggen als hij zich op de Tefaf-beurs in Maastricht de Judges Desk van Le Corbusier wou aanschaffen. De koper werd niet gevonden, maar dat maakt de geschiedenis van dit meubel niet minder uniek.

Wie de Judges Desk voor het eerst ziet, denkt allicht: wat een monster. Vele vierkante meters bruin hout, in rechte hoeken gemodelleerd; een strenge, bijna onverbiddelijke uitstraling die zestig jaar geleden toch modern moest ogen. Het is een van de minder voor de hand liggende pronkstukken van de kunstbeurs Tefaf die gisteravond in Maastricht werd afgesloten.

Ruim een week konden miljonairs en middenklassers op deze voornaamste beurs voor kunst en antiek van Europa naar hartelust kijken, kopen en bekeken worden - en de zaken liepen lang niet slecht, volgens de organisatie. Zeker gelet op de economische crisis die de kunstverkopen wereldwijd vorig jaar toch 7 procent deed dalen.

The European Fine Arts Fair, zoals de jaarlijkse beurs in Maastricht voluit heet, trekt vanouds meesterwerken, zoals doeken van oude Vlaamse en Hollandse meesters, of stuntwerk zoals de met diamanten besprenkelde broche die met zijn prijs van enkel tientallen miljoenen euro's het duurste stuk van deze jaargang mocht zijn.

Buitenbeentje

Er is ook ruimte voor buitenbeentjes zoals de Judges Desk. Het is een ontwerp van Le Corbusier, dat door galerie Axel Vervoordt uit Wijnegem naar Maastricht is gebracht. De geschiedenis van het Bureau van de rechters is bijzonder. De in 1965 overleden Zwitsers-Franse architect en stedenbouwer Le Corbusier maakte de ruwe schetsen in het kader van een van zijn grote werken: de bouw van Chandigarh, een nieuwe stad in India.

Het project werd uitgevoerd enkele jaren na de moeizame onafhankelijkheid van de grootste Britse kolonie, die met een bloedige boedelscheiding tussen de kersverse staten India en Pakistan gepaard ging. Zo kwam Le Corbusier aan de opdracht. De stad Chandigarh moest zestig jaar geleden uit de grond worden gestampt in een vlakte aan de voet van het Himalayagebergte in de Punjab-regio in noordelijk India. Want er was geen hoofdstad meer, nadat deze streek in 1947 in een Pakistaans en Indiaas deel was gesplitst: Lahore, de eerdere hoofdstad, was onderdeel geworden van Pakistan.

Symbool van vooruitgang

Zoals later ook Brasilia, de nieuwe hoofdstad die de Braziliaanse regering in het binnenland liet bouwen, moest India's eerste nieuwe stad als bestuurlijk centrum een symbool worden van vooruitgang. "Een uitdrukking van het geloof van onze natie in de toekomst", zoals de Indiase premier Jawaharlal Nehru zei.

De geboorte van Chandigarh verliep echter niet soepel. Nadat India's jonge stedenplanners eerst zelf een valse start hadden gemaakt, riepen ze de hulp in van veteraan Le Corbusier. Hij kreeg daarmee de kans een jongensdroom te verwezenlijken: een hele stad ontwerpen, tabula rasa, vanaf het tekenbord.

Een avantgardistische stad moest het worden, een stralend voorbeeld voor het nieuwe, maar in zijn vezels nog zeer traditionele, India. Met zijn neef Pierre Jeanneret en een team van Britse en Indiase ingenieurs en architecten ging de meester in 1950 aan de slag, en de meeste aandacht ging naar het ontwerp van het Capitol Complex, het cluster gebouwen voor de administratie van de Punjab.

Een nieuw gerechtshof kreeg daarbij een centrale plaats: Le Corbusier tekende een modernistische, hoekige betonreus van magistrale omvang, die een grote rechtszaal en acht kleinere zalen kon herbergen. Alles onder een immens gebogen parasoldak dat "de bescherming, verhevenheid en macht van de wet" moest verbeelden.

Het bijzondere was dat hij zich ook met de details wilde bezighouden. Het meubilair moest dezelfde uitstraling krijgen als het omhulsel, een visitekaartje voor een hoopvolle jonge staat.

Gezag en overzicht

In vijf schetsen zette Le Corbusier in zijn atelier in de Parijse Rue de Sèvres de grote lijnen op papier voor het bureau van de opperrechter van de Punjab. De hoogste rechter moest gezag en overzicht krijgen aan zijn bureau, het meest prominente meubelstuk - Le Corbusier sprak zelf liever van 'uitrustingsstuk' - in de zaal.

Zo kwam het massieve stuk tot stand, een gevaarte dat door zijn heldere rechte lijnen ondanks de bruinhouten bonkigheid toch een zekere elegantie heeft.

De verdere uitvoering van de tafel liet de meester overigens aan neef Jeanneret over, die met zijn multinationale team het projectkantoor in de bouwvlakte in de Punjab bemande. Vandaar stuurde hij elke paar weken voortgangsrapporten naar Parijs. Le Corbusier zelf kwam een paar keer per jaar kijken hoe zijn Indiase Grand Oeuvre vorderde.

Kwestie van tijd

Galerie Axel Vervoordt is er trots op de Judges Desk in Maastricht in de etalage te kunnen zetten. Een definitieve koper voor het stuk, dat een prijskaartje heeft van een half miljoen euro, heeft zich nog niet aangediend. Maar dat is een kwestie van tijd, zegt Anne-Sophie Dusselier van de galerie aan de Stokerijstraat in Wijnegem. "Het kan een prachtige aanwinst zijn voor een groot architectenbureau. Of voor een van de nieuwe Indiase verzamelaars".