Direct naar artikelinhoud

Hoe Trump EU naar China duwt

Door hooghartig uit het klimaatakkoord te stappen heeft Donald Trump alweer zijn afkeer bewezen van multilateraal beleid. Nu Washington zich steeds meer isoleert, mikken zowel China als Europa op nieuw aanzien.

Weglopers zijn plaatsverkopers, luidt een oud - West-Vlaams - adagio. In de internationale relaties is het niet anders. De manier waarop Trump de deur heeft dichtgegooid achter het klimaatakkoord van Parijs, en de VS van de wereld isoleert, schiep een machtsvacuüm dat niet later dan gisteren, luttele uren na Trumps aankondiging, alweer gevuld werd. Het antwoord kwam uit Brussel, waar China en de Europese Unie prompt de hoeksteen legden voor een nieuw strategisch bondgenootschap.

"Voor Europa en China zijn de klimaatactie en overgang naar schone energie belangrijker dan ooit", heet het in de tekst die premier Li Keqiang, EU-president Donald Tusk en Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker samen onderschreven. Uit de hele wereld regende het intussen vernietigende reacties op Trumps besluit.

Ironie

Door zijn categorische weigering om het in 2015 bereikte akkoord ook maar een schijn van kans te geven, heeft Donald Trump het coleiderschap van zijn land over het klimaatvraagstuk de facto aan Peking en Europa afgestaan, zeggen analisten. Meer zelfs, de VS staan vandaag even alleen als de twee andere landen die het akkoord van Parijs niet ondertekenden: Syrië omdat het in oorlog is, en Nicaragua omdat het juist méér klimatologische daadkracht eiste.

Het toppunt, maar ook de ironie, is dit: alles welbeschouwd had Trump zijn spectaculaire zet niet eens nodig, aangezien heel wat Amerikaanse staten en steden zich hoe dan ook aan Parijs zeggen te zullen houden. En vooral: zover reikt de presidentiële macht over klimaat ook weer niet. Het is dan ook vooral symbolisch, en op het vlak van het imago, dat Washington zichzelf in de voet schiet. De Amerikaanse soft power smelt als een ijsberg voor de kust van Alaska.

Trump was de week sowieso al isolationistisch begonnen. Zowel op de NAVO-top vorig weekend als op het G7-treffen een etmaal later had hij uitgeblonken door gebrek aan bereidwilligheid.

'The Donald' weigerde niet alleen het VS-engagement voor de gemeenschappelijke defensieclausule te herbevestigen, hij wond er ook geen doekjes om dat eerstdaags Parijs zou sneuvelen en dat hij de protectionistische kaart zou trekken op handelsvlak.

Trump blijft er stellig van overtuigd dat Barack Obama zijn land tot de met dollars strooiende risee van de wereld maakte; en dat hij zijn oude, blanke, mannelijke aanhang recht in de ogen kan kijken nu die van dit alles beter belooft te worden.

Dat laatste valt op zijn zachtst gezegd nog te bezien. Net zoals moet blijken hoe terecht de Europese verse moed wel is. Vertaald naar de situatie van gisteren: amper een jaar geleden stonden Brussel en Peking op voet van handelsoorlog. Van douanetarieven over overheidssubsidie tot dumping, op niet één punt bleken ze het met elkaar eens. Hoe kunnen we dan spoorslags beste maatjes worden op klimaatvlak?

"Het bondgenootschap tussen de VS en Europa wordt zo gauw nog niet opzijgeschoven", zegt ook professor emeritus Rik Coolsaet, specialist internationale betrekkingen. "Wat we hier wel zien is een voorbeeld van de relatieve afname van de macht van de VS, al blijven ze militair wel heer en meester."

Los van de president die vandaag de lakens uitdeelt op het Witte Huis, maken de VS onvermijdelijk deel uit van de langetermijntrend naar een multilaterale wereld. Die evolutie is al aan de gang sinds het einde van de Koude Oorlog .

"Vergelijk het met de 19de-eeuwse wereldorde", zegt Coolsaet. "Ook die was multilateraal. Binnen die orde gingen staten, met het oog op hun belangen, voortdurend gelegenheidsallianties of -confrontaties aan. Het is wat je ook met Parijs ziet: in dit dossier zijn China en Europa twee handen op een buik. Als het over de Zuid-Chinese zee gaat, zijn ze dat allesbehalve."

Het minste wat we van Trump kunnen zeggen is dat hij de multilaterale orde, waarin heel wat meer pionnen op het spelbord staan dan de VS en China, slecht gezind is.

In lijn met de strekkingen die zich binnen de erg rechtse Tea Party laten gelden - unilateralisme en isolationisme - schippert ook Trump tussen beide opties: als hij optreedt, out there, dan liefst alleen, zoals bij zijn recente 'verrassingsbombardementen' in Afghanistan en Syrië.

Maar als dat niet lukt en de president zijn zin niet krijgt, zondert hij zich af. In dat scenario, dat van het conjuncturele isolationisme, zitten we vandaag. Parijs kan niet opnieuw onderhandeld worden? Dan trekt Trump zich maar terug.

Omdat de natuur een hekel heeft aan lege plekken, staat Europa al te dringen. Toch is de herwonnen eenheid van de jongste dagen niet uitzonderlijk. Was het in 2003, aan de vooravond van de Brits-Amerikaanse invasie in Irak, niet ook een en al Frans-Duitse frontvorming tegen Washington? Het elan verzwakte weer toen in de VS, met Barack Obama, een minder controversieel staatshoofd aantrad.

"En toch," besluit Coolsaet, "is in die dagen een conceptuele Europese revolutie ingezet. Herinner u Javier Solana, de hoge EU-vertegenwoordiger voor buitenlands en veiligheidsbeleid. Als het moet, treedt de Unie alleen op, luidde zijn redenering. Niet tegen de VS, wel voor onszelf."

Al gaat de geschiedenis dus nog zo traag, voor Europa is de richting aangegeven. Dankzij en ondanks Trump, met of zonder hulp van China.