Direct naar artikelinhoud

Pohlmann& Calvo

Joachim Pohlmann is woordvoerder van Bart De Wever en schrijver. Zijn wisselcolumn met Kristof Calvo (Groen) verschijnt op vrijdag.

Als de zon ondergaat in het Avondland, moet je zien dat je in Borgerhout bent. Anders heb je tijdens de ramadan geen parkeerplaats. Het was dus met enige spoed dat we over de snelweg scheurden, met zijn woorden nog nagalmend in mijn hoofd: "Wouter Beke wil onze brug pikken!"

Nee, u leest dat goed. Zondag was ik op café in Postel en deelde een bezorgde inwoner het me mee. De Baileybrug, sinds de Tweede Wereldoorlog de verbinding tussen beide oevers van het Kempisch kanaal, zou verhuizen naar het Leopoldsburg van burgemeester Beke.

Het Legermuseum daar werkt aan een concept rond operatie Market Garden - u welbekend van de oorlogsfilm A bridge too Far. En de militaire noodbrug in Postel was essentieel in het grondoffensief, het deel 'Garden'.

In mijn geboortedorp staat de tijd niet stil, maar ze kruipt er wel trager voorbij. Alles - van de locatie van de frituur tot het reinigen van de gracht - eindigt er als een conflict tussen de graaf en de abdij. De enige modernistische constructie is de Meccano-bouwset van staal die een Baileybrug is.

Het was de bedoeling dat er na de oorlog een iets steviger exemplaar zou komen. Men wilde in de jaren 50 dan ook niets liever dan dat gedrocht zo snel mogelijk afbreken. Het kwam er nooit van en tijden veranderden. Samen met de graaf en de abdij werd het deel van onze identiteit.

"Gij moet in Brussel regelen dat die brug hier blijft", zei hij terwijl hij een Postel-tripel naar mij schoof. Alsof ik de voorzitter van de CD&V op andere gedachten kan brengen. Ik kan dat amper bij mijn eigen voorzitter. En wat wil het Legermuseum met die brug?

Want de bewering dat het een authentieke Baileybrug is, klopt niet. In mijn leven zijn er al zo veel vrachtwagens doorgezakt of tegengereden, dat er van het oorspronkelijke staal amper iets overbleef. En wat overbleef, werd eind jaren 80 finaal vervangen door vers metaal.

De Baileybrug is een leugen. Geen enkel onderdeel ervan is origineel. Toch beweren we in Postel bij hoog en bij laag het tegendeel. "Dit is de brug die de Engelsen ineen geknutseld hebben." Punt. En zolang we samen bereid zijn dat te geloven, is het de waarheid. Of toch onze waarheid.

Zelfs de experts in Leopoldsburg trappen er blijkbaar in. Op weg naar Borgerhout, met mijn kwart trouwboek achter het stuur, wanhoopte ik over hoe ik ze in 't Kamp van Beverlo ervan kon overtuigen dat waarheid en realiteit niet noodzakelijk hetzelfde zijn.

In de auto hoorde ik op het nieuws voor het eerst over de aanslag in Orlando. In Postel heb ik geen ontvangst, laat staan 4G. Net zoals we vroeger teruggeworpen werden op graaf en abdij als de Baileybrug dicht ging voor herstellingswerken, ben je er niet geconnecteerd en ontsnapt de wereld.

Toen ik in Borgerhout aankwam, was de zon al onder. Flitsende lichten van de Sinksenfoor schenen over het plein waar enkele weken geleden jongeren radicaliseerden. Vanop een affiche vroeg een gesluierde vrouw van middelbare leeftijd me of iemand mijn moeder een hoer mag noemen.

Op de grote schermen startte Duitsland zijn zegereeks op het EK. Een land waar men openlijk twijfelt of steun aan de nationale ploeg wel opportuun is. Want dat zou wel eens kunnen uitmonden in nationale trots, wat eindigt in racisme.

Ik zuchtte. We hebben een Baileybrug nodig, dacht ik. Iets waar we in kunnen geloven, ook al is het feitelijk niet waar. Iets dat ons samenhoudt en de oevers verbindt. Maar ze moeten wel met hun fikken van die van Postel blijven.