Direct naar artikelinhoud
Genderkloof

‘Dit is discriminatie’: waarom vrouwen bij de kapper (een pak) meer betalen dan mannen

‘Dit is discriminatie’: waarom vrouwen bij de kapper (een pak) meer betalen dan mannen
Beeld Boris Vermeersch

Doorgaans praten wij hier over het gat in de begroting, de infiltratie van Chinese spionnen in ons onderwijssysteem en de beste manieren om de klimaatopwarming tegen te gaan. Maar heel soms snijden we ter redactie ook een echt belangrijke levensvraag aan. Zoals daar is: waarom betalen vrouwen meer bij de kapper dan mannen?

Die vraag leidde vorige week tot een vurige discussie aan het kantooreiland van ondergetekende. Mijn pas bijgewerkte korte coupe zat daar in het gezelschap van drie mannelijke collega’s die als bij toeval ook net bij de kapper waren gepasseerd: een weelderige krullenbol waar een schaar al eens in durft verdwalen en twee hipstercoiffures die het betere modelleerwerk vergen. Maar terwijl ik 47 euro had betaald voor mijn onderhoudssnitje – wassen en drogen inclusief –, betaalde de krullenbol 25 euro voor een gelijkaardige behandeling. De twee hipsters telden 23 euro en 28 euro neer. 

Appelen en peren? Uiteraard. We gaan alle vier naar verschillende kappers, in verschillende steden en hebben verschillende kapsels. Maar de discussie bereikte ook andere collega’s en de tendens was overduidelijk. Meer zelfs: de kloof werd enkel dieper. Een mannelijke collega wordt voor amper 8 euro gecoiffeerd. Twaalf, als hij ook zijn baard onder handen laat nemen. De minst fortuinlijke vrouw ter redactie moet twee keer per jaar 70 euro neertellen om simpelweg de puntjes te laten bijknippen.

Discriminatie

Is dat wel eerlijk? We leggen het schoorvoetend voor aan de Vlaamse ombudsvrouw Gender, Annelies D’Espallier. Zij neemt de vraag tot onze verrassing onmiddellijk serieus. “Een klassieker", noemt ze de klacht over het prijsverschil. “Ik ben dankbaar voor iedere vraag die daarover binnenkomt: het toont aan dat er iets verandert in de maatschappij, dat we dat verschil niet meer pikken.”

Bij de federale collega’s van het Instituut voor de gelijkheid van mannen en vrouwen kunnen ze cijfers plakken op die evolutie. Voor 2017 kwamen er slechts drie klachten binnen. Sindsdien kwamen er veertien bij. Enkele klachten gaan over kapperszaken waar vrouwen niet binnen mogen, maar het overgrote deel stelt de grote prijskloof aan de kaak.

Over hoe groot die kloof precies is, bestaan geen officiële cijfers. Maar over hoe eerlijk het verschil is, kan adjunct-directeur Liesbet Stevens van het Instituut wel heel duidelijk zijn. “Dit is discriminatie. Er wordt een hogere prijs gevraagd voor dezelfde diensten puur op basis van geslacht. Dat is in strijd met de genderwet.” 

Volgens die wet kan er wel een uitzondering worden gemaakt als het onderscheid een legitiem doel dient en als dat onderscheid passend en noodzakelijk is. Dat is in deze kwestie zelden het geval, stelt Stevens.

Toch is er nog nooit een Belgische kapper veroordeeld. Het Instituut voor gelijkheid van vrouwen en mannen heeft tout court geen weet van Belgische of Europese rechtspraak over kappersprijzen. Het maakt Stevens niet minder resoluut. “Ik heb tot nog toe geen argumenten gehoord die voldoende zijn om dat prijsverschil op basis van gender te rechtvaardigen. Vrouwen moeten een “mannenkapsel zonder allerlei producten” kunnen vragen en krijgen. Andersom zouden mannen die hun lange haren willen laten wassen, kleuren, knippen, brushen en nog wat gel erbij dezelfde prijs moeten betalen als vrouwen die dat soort service willen. Kapsels kunnen zeker verschillen, maar een haar is nog steeds een haar.”

Prijs per minuut

En dat is precies waar Kreatos, de grootste kappersketen van het land, ook van uitgaat, zegt communicatieverantwoordelijke Philippe Heesterbeek. “Wij hanteren een kostprijs per minuut, die we regelmatig herberekenen zodat onze prijzen accuraat blijven. In die kostprijs zit alles vervat: personeelskost, producten, materiaal, de locatie, noem maar op. We weten ook wat de gemiddelde duur is van een kapbeurt. Daarop baseren we onze standaardprijslijst waar al onze salons mee werken.”

De m/v die voor een tondeuzesnit opteert, betaalt bij Kreatos exact hetzelfde: 17 euro. Maar mag het iets meer zijn, dan lopen de prijzen tussen mannen en vrouwen wél fors uiteen. De ‘Men basic – snit + styling’ kost 27 euro. Het basispakket voor vrouwen, snit en handdrogen, krijgt u voor 41 euro. Kortharige vrouwen die ook een brushing wensen, betalen 46 euro. Wie langer haar heeft, betaalt enkele euro’s extra. Het is dus allemaal een kwestie van tijd, verzekert Kreatos. “Wij leveren diensten en producten voor iedereen en willen iedereen op dezelfde manier behandelen.”

En wat als een vrouw de mannenbehandeling wenst? Of een man een zeer complexe coupe heeft? “Dan vallen ze niet onder de standaard en kan er van die objectieve richtprijzen afgeweken worden”, zegt Heesterbeek. Of en hoe vaak dat in de praktijk gebeurt, houdt Kreatos niet bij.

Zelfstandigen

Een uniforme richtprijs is een systeem dat Coiffure.org, de unie van Belgische kappers, ook ooit wilde invoeren voor de hele sector. Bovendien had zo’n minuutprijs het voordeel van de duidelijkheid voor de klant en zou het de soms gigantische prijsverschillen tussen salons wat kunnen uitvlakken. Maar dat was buiten de wetgever gerekend. “Kappers zijn zelfstandigen en die zijn volgens de wet vrij om hun prijzen zelf te zetten”, zegt Coiffure.org-ondervoorzitter Jef Vermeulen.

Coiffure.org richtte daarom een eigen platform op. Kappers die hulp nodig hebben bij hun prijszetting kunnen op tarifcoiff.be een volledige module doorlopen. Daarbij wordt rekening gehouden met alle mogelijke kosten die een kapper heeft: personeel, de afschrijvingen aan gebouw, materiaal, gebruikte producten, verwarming, verzekeringen, enzovoort. Het resultaat is een reële kostprijs en een geadviseerde vraagprijs. 

Eén prijs dus voor vrouwen en mannen, die vervolgens geëxtrapoleerd moet worden naar de hoeveelheid werk een kapsel vergt. Vermeulen gelooft dat het gros van de kappers zo te werk gaat en zeer bewust zijn prijs bepaalt. “De waarheid is dat je dan gemiddeld altijd duurder zal uitkomen voor een vrouw. De technieken zijn nu eenmaal complexer, de coupes meestal ingewikkelder. Zelfs bij kort haar.”

Te goedkoop

Maar dat neemt niet weg dat het grote prijsverschil tussen een vrouwenkapbeurt en een mannencoiffure ook hem een doorn in het oog is. Maar om de omgekeerde reden. “In de prijsdiscussie lijkt het altijd dat vrouwen te veel betalen. Maar eigenlijk is het net andersom: mannen betalen veel te weinig. Als er iets moet gebeuren aan de prijslijsten, dan is het wel de prijzen voor mannen optrekken. Alleen: dat zal niet snel gebeuren.”

Een belangrijke verklaring daarvoor is de oneerlijke concurrentiedruk, legt Vermeulen uit. “De 5- en 10-euro-kappers schieten als paddenstoelen uit de grond. Er is de populariteit van kappers aan huis die werken aan bodemprijzen. Die kappers zijn niet noodzakelijk degelijk opgeleid en kwaliteit is evenmin gegarandeerd. Maar ze verzieken wel de markt.”

Bovendien heeft het prijsverschil diepe wortels. In oorsprong was het kappen van vrouwen en mannen een heel ander beroep. Het vergde een aparte opleiding en vond plaats op andere plekken. Mannen kappen was in de regel een bijzaak, letterlijk: de mannenkapper was vaak de annex van een café, kruidenierswinkel of kiosk. De vrouwenkapper daarentegen, dat was een salon waar vrouwen uren en uren doorbrachten. Keuvelend onder de droogkappen, koffies slurpend tijdens de mise-en-plis. Het verschil in aandacht en in behandeling uitte zich in de prijs. 

‘Typedienst’

Intussen wordt iedere kapper opgeleid om zowel mannen als vrouwen te kappen, is er van aparte beroepscategorieën al lang geen sprake meer en is het onderscheid tussen een mannen- en een vrouwenkapsel niet meer absoluut. Zelfs de prijzen groeiden onder invloed van gespecialiseerde barbiershops en mannen die meer aandacht gingen besteden aan hun uiterlijk ietsje dichter naar elkaar toe. 

Wie wel nog steeds een duidelijk onderscheid maakt, is de fiscus. Kappers worden doorgaans forfaitair belast. De fiscus neemt de prijs van een “typedienst”, een gemiddelde knipbeurt, en verveelvoudigt die met een aangenomen aantal jaarprestaties. 

Hij gaat daarbij nog steeds uit van kapsalons die enkel heren behandelen en kapsalons die enkel vrouwen behandelen. De eerste categorie mag zijn “typedienst” vermenigvuldigen met 4.560 jaarprestaties. De tweede met 2.136. Een mannenkapper kan volgens de fiscus op dezelfde tijd immers dubbel zoveel klanten bedienen.

Voor u de wenkbrauwen fronst: de argumentatie van de fiscus snijdt hout. Want wat verstaan zij onder een typedienst? Voor mannen is dat ‘Knippen. Een volledige snit’, voor vrouwen ‘Volledige watergolf. Shampoo, versteviger, watergolf op kort of halflang haar – met behulp van rollen, spelden – drogen, opkambeurt, eindfixatie’. 

Nodeloos te zeggen dat die tweede prestatie niet alleen veel tijdrovender is, maar ook veel duurder uitvalt dan de eerste. En dat het bezoek van een vrouw aan de kapper dus veel zwaarder belast wordt dan dat van een man.

‘Niet meer van deze tijd’

Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen is op de hoogte dat er een probleem zit bij de belastingen. “Dit onderscheid is echt niet meer van deze tijd”, zegt Stevens. Het Instituut wil daarom binnenkort in gesprek gaan met de overheidsdienst Financiën. 

En dat juicht ook de kappersbond toe. Op voorwaarde dat ook de oneerlijke concurrentie wordt aangepakt. “We zouden graag ook eens positief in het nieuws komen in plaats van altijd met dat gedoe over onze prijzen”, zegt ondervoorzitter Jef Vermeulen. “Want in feite hebben wij het mooiste beroep ter wereld: met een lage opleidingsgraad mogen wij toch aan mensen werken. Dat is niet velen gegeven. Alleen moeten die mensen eens gaan beseffen dat kwaliteit ook geld kost.”