"Breaking bad", maar dan in het echt: maakten twee Amerikaanse chemieproffen drugs in hun labo?

Terry David Bateman (45) en Bradley Allen Rowland (40), zijn collega’s. Ze zijn beiden professor scheikunde aan de Henderson State University, in Arkadelphia, in de Amerikaanse staat Arkansas. Maar sinds 11 oktober staan ze op non-actief omdat ze verdacht worden in een drugszaak. 

In een persbericht wordt nu pas duidelijk waarom ze geschorst werden: de twee professoren worden ervan verdacht dat ze in een universiteitslabo drugs zouden hebben gemaakt. Het laboratorium werd op 8 oktober gesloten omdat er een onbestemde geur hing. Het gebouw werd pas drie weken later geopend, nadat het goed verlucht was.

Onderzoek heeft uitgewezen dat de onbestemde geur afkomstig was een stof die op de grond was gemorst: benzylchloride. Dat is een stof die verschillende toepassingen heeft in de chemische industrie, maar ook gebruikt wordt om er drugs mee te maken: methamfetamine, beter bekend als crystal meth. Daarom is de stof ook niet vrij verkrijgbaar.

In het onderzoek, dat nog loopt, werden professoren Bateman en Rowland vrijdag opgepakt. De twee zullen binnenkort voor de rechter moeten verschijnen.

De zaak toont opvallende gelijkenissen met het verhaal van de Amerikaanse serie “Breaking bad”, waarvan Rowland zich eerder liet ontvallen dat hij er een fan van is. In “Breaking bad” begon chemieprofessor en kankerpatiënt Walter White samen met oud-student Jesse Pinkman crystal meth te maken om de financiële toekomst van zijn familie veilig te stellen.

“Ik vond het een geweldige reeks”, zei professor Rowland vijf jaar geleden in universiteitsblad the Henderson State University Oracle. “Het was er boenk op en heel juist, op wetenschappelijk vlak, en het heeft een jongere, nieuwe generatie warm gemaakt voor scheikunde. Ik zie het als een geweldige manier om nieuwe chemici te werven.” Gerechtelijk onderzoek zal moeten aantonen of Rowland zich al dan niet heeft laten inspireren om drugs te maken.