Werknemer Brits consulaat in Hongkong zegt dat hij gemarteld werd in China
Simon Cheng, een werknemer van het Britse consulaat in Hongkong, verdween in augustus tijdens een bezoek aan het Chinese vasteland. Hij werd opgepakt en vijftien dagen lang vastgehouden. Aan verschillende Britse media vertelt hij nu dat hij vastgeketend, geblinddoekt en geslagen werd. Cheng verzamelde inlichtingen voor het Britse consulaat over de massale protesten in Hongkong.
De verdwijning van Simon Cheng leidde tot opschudding in augustus. Hij keerde niet terug van een werkbezoek aan de Zuid-Chinese stad Shenzen. Later bleek dat hij bij zijn terugkeer naar Hongkong werd aangehouden, met de trein werd teruggevoerd naar China en overgedragen werd aan drie leden van de Chinese geheime politie in burger.
Aan Britse media vertelt hij nu dat hij mishandeld werd en dat de politie informatie van hem wilde over de massale antiregeringsprotesten en anti-Chinese protesten in Hongkong. Cheng getuigt hoe hij werd vastgeketend, geblinddoekt, geslagen en uit zijn slaap gehouden door agenten in burger en geüniformeerde politie.
Gedwongen bekentenis
Hij moest urenlang vermoeiende houdingen aannemen, gehurkt tegen een muur. Als hij bewoog, werd hij geslagen. "Ze sloegen op de benige delen van mijn lichaam, zoals mijn enkels", zegt hij daarover aan de BBC. Hij zegt ook dat hij wakker werd gehouden en het Chinese volkslied moest zingen om niet in slaap te vallen. Bovendien was hij niet alleen. Volgens Cheng werden er nog verschillende andere Hongkongers vastgehouden en ondervraagd.
Op foto's van betogingen in Hongkong moest hij mensen aanduiden en namen noemen. Uiteindelijk dwongen ze hem om verklaringen af te leggen en moest hij op video bekennen dat hij zijn land had verraden en in China een prostituee had willen bezoeken.
Wie is Simon Cheng?
Cheng, een inwoner van Hongkong, werkte bijna twee jaar lang voor het Britse consulaat. Hij moest Chinese zakenlui warm maken voor investeringen in Schotland. Maar toen de massale protesten losbarstten in Hongkong, kreeg hij er een taak bij: hij moest inlichtingen verzamelen over de demonstraties.
Cheng en Britse overheidsbronnen benadrukken dat hij de protesten niet in een bepaalde richting moest sturen, maar zuiver informatie moest vergaren. De Chinese overheid beschuldigt de Britse regering dan weer van inmenging in de protesten. Volgens Peking worden de demonstraties - die zich initieel richtten tegen een omstreden uitleveringswet - aangestuurd door buitenlandse krachten.
Intussen werkt Cheng niet meer voor het Britse consulaat. Hij werd urenlang door de Chinese autoriteiten ondervraagd en wordt daarom beschouwd als een veiligheidsrisico.
Ambassadeur ter verantwoording
De Britse regering gelooft zijn getuigenis en reageert geschokt. De Britse minister van Buitenlandse Zaken, Dominic Raab, heeft de Chinese ambassadeur ter verantwoording geroepen: "We zijn verontwaardigd over de schandalige mishandeling van Cheng terwijl hij werd vastgehouden op het Chinese vasteland en we hebben duidelijk gemaakt dat we van de Chinese autoriteiten verwachten dat ze de zaak uitklaren en de verantwoordelijken erop zullen aanspreken."
Het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken laat aan de BBC weten dat het de uithaal niet aanvaardt en zal op zijn beurt de Britse ambassadeur op het matje roepen om zijn "verontwaardiging uit te spreken".