Klacht Kris Van Dijck tegen P-Magazine grotendeels gegrond

© pn

De Raad voor de Journalistiek (RVDJ) beoordeelt de klacht van Kris Van Dijck, de ex-voorzitter van het Vlaams Parlement, tegen P-Magazine grotendeels als gegrond. De N-VA-politicus had klacht ingediend bij de RVDJ na twee artikels die vorig jaar leidden tot zijn ontslag.

De RVDJ ging niet mee in de redenering dat de artikels een aantasting waren van de privacy van Van Dijck en beschouwde de klacht op dit punt ongegrond. Volgens de RVDJ is de politicus een publiek figuur en kunnen elementen uit het privéleven van publieke figuren invloed hebben op hun publieke functioneren. ‘De Raad is van oordeel dat dit het geval is en dat het maatschappelijk belang van de berichtgeving opweegt tegen het privébelang van klager’, klinkt het.

Maar Van Dijck voerde ook aan dat de artikels onwaarheden en lasterlijke aantijgingen bevatten, en op dit punt beschouwt de RVDJ de klacht wel als gegrond. Volgens Van Dijck wekten de artikels in hun geheel de indruk dat hij zich schuldig maakte aan sociale fraude. De RVDJ meent dat ze dit niet kan uitmaken, maar dat P-Magazine dit onvoldoende aannemelijk maakt. ‘Ook de titel dat klager een meisje van plezier betaalde met belastinggeld, wordt op geen enkele manier gestaafd door de inhoud van het artikel en ook hiervoor haalt de journalist geen elementen aan die dit kunnen onderbouwen, terwijl het om ernstige verdachtmakingen gaat.’

Daarnaast had de journalist Van Dijck voor publicatie een kans op wederhoor moeten geven. De RVDJ noemt dit ‘essentieel gezien de ernstige beschuldigingen die de eer en goede naam betreffen’.

Op 11 juli vorig jaar berichtte P-Magazine dat Kris Van Dijck betrokken zou zijn bij sociale fraude met belastinggeld voor een escortdame. Het nieuws werd uitgebracht op het moment dat Van Dijck als parlementsvoorzitter zijn 11 juli-toespraak hield in het Brusselse stadhuis. Later op de dag nam hij ontslag.