‘Alles wat wit is, noemen wij sneeuw. Wij hebben er dan ook maar één woord voor. Maar in de landen waar het vaak sneeuwt, hebben ze veel meer verschillende woorden, voor alle verschillende types. Daar kunnen ze dit fenomeen veel beter omschrijven.’

Zo legt weerman Frank Deboosere uit wat er woensdagochtend op de grond te zien was in Limburg en de Kempen. Want wat Jan De Wilde ook moge beweren, de eerste sneeuw ging deze keer helemaal niet gepaard met een lucht die grijs is en vol vlokken zit. En voor ‘kom dan maken we een sneeuwman’ zou Anna uit Frozen nog altijd een beroep moeten doen op haar zus.

Motsneeuw

‘Wat je op de grond ziet liggen, is uitgekristalliseerde mist’, zegt David Dehenauw, hoofd van de dienst Weersvoorspellingen bij het KMI. ‘Er zijn geen wolken die in de hoogte uitgebouwd zijn, waardoor dit type sneeuw niet op de neerslagradar te zien is.’

‘De mist bestaat net als de wolken uit enorm fijne waterdruppeltjes’, legt Frank Deboosere uit. ‘Als je de voorbije dagen door de dichte mist reed, zag je die druppels in het licht van je autolampen. Er zijn er dan tot wel een miljard per kubieke meter. En als het koud is, bestaat de kans dat ze zich aan elkaar haken tot kleine kristallen en zwaar genoeg worden om uit te sneeuwen. Motsneeuw, noemen we dat.’

Nabijgelegen industrie

En dan is er in Limburg nog de invloed van nabijgelegen industrie. Maar daarover zijn de twee weermannen het roerend oneens. ‘De koeltorens van industrie en kerncentrales stoten waterdampwolken uit’, zegt Frank Deboosere. ‘Als die in koude lucht terechtkomen, begint hetzelfde fenomeen van kristallisering. Maar dan is die niet afkomstig van natuurlijke mist, dan is het industriesneeuw. Er zit zeker ook industriesneeuw tussen.’

Ook als stofdeeltjes, roetdeeltjes of zandkorrels zich aan waterdruppels hechten, kunnen ze uitsneeuwen. Maar van industriesneeuw is volgens Dehenauw woensdag wellicht geen sprake. ‘Op de kaarten is geen grotere luchtverontreiniging te zien, dus de kans is klein dat er ook industriesneeuw is. Het gaat hier om uitgekristalliseerde mist.’

Wat het in elk geval níét is: ‘echte sneeuw’. Geen sneeuwmannen op woensdagnamiddag dus – ‘daar is de sneeuw veel te fijn voor’, zegt Deboosere. En ook geen sneeuwtapijt. ‘Het is mooi als decoratie en er is een beetje kans op gladheid, maar in de loop van de dag verdwijnt die weer omdat de temperaturen te hoog zijn’, zegt Dehenauw.

Sneeuwdagen: 0

De teller van het aantal sneeuwdagen in het centrale weerstation van Ukkel staat nog altijd op nul. In de zachtste winter, die van 2007, waren er drie sneeuwdagen. Maar voor voorspellingen daarover is het nog te vroeg – verder dan twee weken vooruitkijken heeft geen zin.

‘Volgende week wordt het 12 graden. Wat er daarna gebeurt, wordt afwachten’, zegt Dehenauw. En Deboosere: ‘Het is perfect mogelijk dat er deze winter nog echte sneeuw met grote vlokken valt. In februari en in maart is dat perfect normaal. En zelfs in april en heel uitzonderlijk in mei kan het nog sneeuwen.’

Soms sneeuwt het in de lente – Prince en Bart Peeters hoeven dus nog niet te wanhopen. De voorlopige gegevens van Google wijzen er in elk geval op dat er woensdagochtend al druk gezocht werd naar De eerste sneeuw van Jan De Wilde.